Hondenrassen
Diverse
  • Gallery
  • Site Catalog
  • Section categories
    Dierinfo [0]
    Hondensport [10]
    CHAT
    200
    Search
    Site friends
  • Paardenrassen
  • Kattenrassen
  • Tattoo Design Gallery
  • Alles-in-één Start
  • Startpunt Online
  • BouwInzicht
  • De Digitale Hub
  • Statistics



    PODENCO IBICENCO

    Rasgroep: Windhonden

    Aard : kalm, aanhankelijk, sportief

     

    Gemiddelde levensduur : 12-14 jaar

    Schouderhoogte : reuen 66-72 cm, teven 60-67 cm

    Gewicht : reuen ongeveer 25 kg, teven ongeveer 20 kg

    Vacht : kort of ruw, maar altijd hard haar, bij voorkeur tweekleurig (rood-wit), effen rood en effen wit

    Aanleg : hond voor de lange jacht, gezelschapshond

    Omgang met kinderen : zeer goed

    Omgang met andere honden : tamelijk goed

    Leefruimte : veel beweging nodig

    Vachtverzorging : weinig tot geen, tijd tot tijd plukken

    Standaard

    Algemeen

    De Podenco is voor alles een hond voor de jacht op het konijn zonder geweer. Hij jaagt zowel overdag als 's nachts. Hij weet het konijn gemakkelijk op te stoten, zelfs in terrein dat dicht is begroeid. Door zijn lenigheid en slimheid weet hij het wild snel te pakken te krijgen. Als hij het eenmaal heeft opgestoten, volgen de andere honden op enige afstand en snijden het konijn de pas af. Ze blaffen alleen als ze het konijn zien of horen en als ze het hebben ingesloten. Alle honden geven het wild aan en stellen het terwijl ze met hun staart zwaaien. Ze kunnen gemakkelijk van het wild worden teruggeroepen. De Podenco wordt ook wel ingezet bij de jacht op haas en grofwild. Het is een goede apporteur. Bij de jacht wordt bijna uitsluitend een meute van teven gebruikt, waaraan hooguit een reu is toegevoegd.
    Reuen verdragen elkaar niet goed tiidens de jacht en vechten nogal snel met elkaar. Als een meute enkele duizenden konijnen heeft gevangen, komt het wel voor dat een van de honden pas na een lange onderbreking weer wil jagen.

    Hoofd

    Lang en smal, wigvormig, uitzonderlijk droog, wat klein in verhouding tot het lichaam. De stop is niet duidelijk en het voorhoofd is smal. De schedel is lang en plat, met een duidelijke achterhoofdsknobbel. De neus steekt voor de onderkaak uit. Hij is vleeskleurig, passend bij de kleur van de vacht. De neusvleugels ziin goed geopend. De neusrug is licht gewelfd. De lengte van de neus (van de neuspunt tot het oog) is even lang als die van het oog tot aan de achterhoofdsknobbel. De lippen zijn dun en gesloten. De kaken zijn sterk en droog.

    Gebit

    De witte tanden zijn goed geplaatst. Tanggebit.

    Oren

    Van gemiddelde grote, niet overdreven. Staan altijd stijf rechtop. Zijn naar voren, naar opzij of naar achteren gericht, of omhoog als de hond zeer opgewonden is. De oren zijn lang en ruitvormig. Ze zijn op ooghoogte aangezet en zijn zeer beweeglijk en fijn. De binnenzijde is onbehaard.

    Ogen

    Schuin geplaatst en klein. Licht barnsteenkleurig. Hebben een bijzonder intelligente en zeer edele uitdrukking. Niet verlegen of wantrouwend.

    Lichaam

    De zeer droge en lange hals is gespierd en licht gewelfd. De schoft is hoog. De schouders liggen schuin, zijn sterk en vrij in hun bewegingen. De borst is diep, smal en goed gewelfd. Het borstbeen vormt een zeer duidelijke en scherpe hoek. De ribben zijn slechts licht gewelfd. De buik is strak. De rug is recht. De lendenen zijn gewelfd en middelmatig breed. Het kruis loopt af en is niet breed.
    Schouderhoogte: reuen 66-72 cm, teven 60-67 cm; zonder dat dat al te streng wordt beoordeeld, worden honden die deze maten benaderen mits verhoudingen en schoonheid van bouw correct zijn.

    Benen

    De voorhand is zeer stevig en symmetrisch. Van voren gezien verlopen de benen parallel aan elkaar. Het geheel geeft met de lange voeten de indruk van een lichte, lenige en toch stevige hond. De benen zijn zeer lang, recht en sterk, en staan niet ver uit elkaar. De voorbenen hebben stevige polsen en recht opstaande middenvoeten. De ellebogen kunnen vrij en ruim bewegen en bevinden zich in een vlak parallel aan het lichaam. Ze zijn nooit naar buiten gedraaid. De achterbenen zijn recht onder het lichaam geplaatst. De dijen zijn lang, sterk en droog. De sprongen zijn goed gebogen, breed en laag, niet naar buiten of naar binnen gedraaid.

    Voeten

    Hazevoeten. De ruimte tussen de tenen is overvloedig behaard. De nagels zijn zeer sterk en gewoonlijk wit of van een kleur die bij de kleur van de vacht past. De voetzolen zijn zeer hard.

    Staart

    Lang, tamelijk laag aangezet, borstelig. In rust wordt hij laag, tussen de benen gedragen. De staart moet minstens tot de sprong reiken. Als de hond in actie is, wordt de staart gekromd gedragen. Soms gebeurt dat in een gesloten cirkel. De voorkeur gaat niet uit naar een rechtop gedragen of naar een over de rug gekrulde staart.

    Vacht

    De huid ligt strak over het lichaam en is roze van kleur of van een andere kleur op plaatsen waar het lichaam een andere kleur heeft. De vacht is glad, hard of lang. Als de vacht lang is, is het haar ruw en dik. Het is dan korter op het hoofd en de oren, en langer op de achterzijde van de dijen en de onderkant van de staart.

    Kleur

    Bij voorkeur wit en rood, maar ook effen wit en effen rood. Wildkleur in plaats van rood is niet toegestaan, maar wordt getolereerd voor verder buitengewoon goede honden.

    Bijzonderheden

    Gangen : de typerende gang is een ingehouden draf, de galop is zeer snel en geeft een indruk van grote lenigheid.
    Fouten : hangoren, afwezigheid van een premolaar, kort of groot hoofd, duidelijke stop, naar buiten staande ellebogen, koehakkigheid, ronde ribben, Franse stand, weven tijdens het gaan.
    Diskwalificerende fouten : boven- of ondervoorbijten, te hoge opbouw van de schedel, gebrek aan type dat verwijst naar de invloed van een ander ras, gelijkenis met de Galgo of de Greyhound, dat wil zeggen gevouwen oren, donkere ogen, weinig geprononceerd borstbeen, ernstige aangeboren anatomische fouten, zeer sterke stop, staart die niet tot de sprongen reikt, een wijd staand front, breed kruis, afgeronde, brede dijen met dikke aderen, schouderhoogte die meer dan 3 cm afwijkt, kastanjebruine of zwarte vachtkieur, of zwart in de vacht, neusspiegel kastanjebruin, zwart of met zwarte vlekjes, angstig of paniekerig, agressief of aanvalslustig, monorchisme of cryptorchisme.