Braken bij honden
Dieren braken makkelijker en sneller dan mensen. Zo kan gulzig eten al braken opwekken. Braken kan gebeuren op de meest verschillende momenten: op nuchtere maag of vlak na het eten. Uren na de maaltijd kan nog onverteerde voedsel worden uitgebraakt. Geel of wit slijm, namelijk gal en/of maagsappen, worden uitgebraakt bij een lege maag.
Bij het braken kan een bloedvaatje springen zodat er een sliertje bloed bij het braaksel zit.
Is het braaksel puur bloederig dan kan er sprake zijn van een ernstige
ontsteking of bijvoorbeeld een ingeslikt scherp voorwerp.
Een keer braken is geen reden tot bezorgdheid. Soms houdt het maar niet
op en blijft het dier meerdere keren per dag braken. Het is dan
belangrijk om het braken zo spoedig mogelijk te stoppen. Zo krijgen
maag en darmen de gelegenheid om tot rust te komen.
Een bezoek aan de dierenarts is aan te raden. Deze kan vaststellen door
algemeen onderzoek en eventueel een röntgenfoto, echografisch
onderzoek, ontlasting- en/of bloedonderzoek, of de oorzaak gelegen is
in het maagdarmkanaal (onder andere een infectie door wormen,
virusinfectie, verstopping, maagzweer) of daarbuiten (onder andere
leverfalen, nierfalen, alvleesklierontsteking).
In veel gevallen wordt de therapie gestart met een injectie en/of wat
tabletten om het braken te stoppen. (Deze dienen een half uur voor het
eten ingegeven te worden, zodat het maag-/darmkanaal even tot rust
komt, voordat er voedsel in komt). Meestal zal ook het dier ontwormd
worden, als dat niet zeer recent gedaan is.
Daarnaast is het tijdelijk aanpassen van het dieet heel belangrijk. Het
dieet moet licht verteerbaar zijn voor maag en darmen en de juiste
eiwitten bevatten. Gekookte kip en rijst is misschien wel
lichtverteerbaar, maar bevat ook zeer weinig voedingsstoffen! Een
brakende hond eet vaak al nauwelijks en neemt ook nog weinig
voedingsstoffen op. Het is dus extra belangrijk om een hoog-energetisch
voer te geven zoals Hills i/d of Royal Canin intestinal, verkrijgbaar
bij de dierenarts.
Jonge dieren:
Pups, kittens e.d. hebben in vergelijking minder reserves,
deze adviseren wij dan ook sneller langs te komen. Kijk het niet te
lang aan, beter is het om gewoon een afspraak te maken voor onderzoek.
Wanneer kunt u het wel aankijken? Als hij/zij slechts enkele keren
heeft gebraakt (twee tot drie keer), niet lusteloos en/of sloom is,
geen diarree heeft en hij/zij gewoon eet en drinkt. Bij jonge dieren is
het zeker belangrijk om goed te ontwormen en de vochtopname in de gaten
te houden.
Algemene richtlijnen met betrekking tot eten en drinken bij braakklachten
Eerste dag:
Speciaal voer geven voor maag-darmklachten, zoals Hills i/d of
Royal Canin intestinal, dit moet worden gegeven in kleine porties
verdeeld over de dag. Water mag gewoon aangeboden worden mits in kleine
hoeveelheden. Indien dat water echter kort na het geven steeds weer
wordt uitgebraakt, kan het beter tijdelijk (2 uur) worden weggehaald.
Daarna kunt ook water in kleine hoeveelheden aanbieden, eventueel kunt
u wat rijstenwater of "Rehydration Support" toevoegen. De "Rehydration
Support" zorgt ervoor dat de patient wat extra voedingsstoffen en
zouten binnen krijgt, waardoor hij wat gemakkelijker vocht vast houdt.
(Bij braken verliezen ze veel vocht).
Tweede dag:
Als het goed gaat met de hond of kat verminder dan het aantal maaltijden per dag en geef per portie meer van het dieetvoer.
Derde dag:
Idem als tweede dag.
Vierde tot Zevende dag:
Langzaam kunt u het dieetvoer verminderen en tegelijkertijd het gebruikelijke voer vermeerderen.
Sommige dieren hebben snel en vaak maagdarmklachten. Dit kan te maken
hebben met voedselintolerantie of voedselallergie. De hierboven
genoemde voeders zijn volledige voedingen en dus mag een dier daar
desgewenst levenslang op blijven staan.
Medicijnen kunnen ook braken veroorzaken of maagdarmklachten
verergeren. Daarom is het belangrijk om aan de assistente of arts te
melden of u dier medcijnen krijgt. Soms is het namelijk beter om daar
(tijdelijk) mee te stoppen, totdat de braakklachten over zijn.