Informatie over vrijwel alle hondenrassen

De Boston Terrier moet een levendige, zeer schrandere, zachtgladharige, korthoofdige, gedrongen gebouwde, kortstaartige, goed evenredige hond zijn van middelbare grootte, gestroomd met gelijkmatige, witte aftekening. De hond moet de indruk wekken van vastberadenheid, kracht, weerstandsvermogen en beweeglijkheid, met gemakkelijke en sierlijke gangen. Een harmonische vereniging van kleur en aftekening wordt als ideaal beschouwd. Als er echter te veel wit op het lichaam is, of de verdeling van wit en gestroomd op het hoofd is niet geheel in verhouding, moeten deze lichte fouten in de kleur niet te zwaar worden aangerekend, mits de hond typisch en goed is gebouwd.

Hoofd

Vlakke, vierkante schedel zonder rimpels. Vlakke wangen. Het voorhoofd is recht met een duidelijke stop. De korte, vierkante, brede en diepe snuit is in verhouding tot de schedel, heeft geen rimpels en is korter van lengte dan van breedte en van diepte. De snuitlengte mag niet meer dan ongeveer één. derde van de schedellengte bedragen. De snuit moet van de stop tot aan de neuspunt evenwijdig zijn aan het schedelvlak. De neus is niet breed en heeft een duidelijke lijn tussen de neusgaten. De brede vierkante kaken mogen niet zwak zijn. De lippen moeten lang zijn, maar mogen niet overhangen. Ze bedekken de tanden volkomen.

Gebit

Korte, regelmatig geplaatste tanden, lichtelijk ondervoorbijtend om een vierkante kin te verkrijgen.

Oren

Goed rechtop gedragen, klein, dun en zo dicht mogelijk tegen de schedel geplaatst.

Ogen

Wijd uit elkaar geplaatst, groot, rond, donkergekleurd, met een levendige, vriendelijke en schrandere uitdrukking. De ogen moeten goed in het hoofd staan en de buitenooghoeken moeten van voren gezien in één lijn met de wangen liggen.

Lichaam

Goed uit de schouders oprijzende hals, middelmatig lang en enigszins gebogen. De hals moet het hoofd sieriijk dragen. De romp is diep. Goede brede borst. Schuin liggende schouders. Korte rug. Diepe en goed gewelfde ribben. De lendenen zijn kort en gespierd. De kroep is enigszins gerond, met de staart laag aangezet. Ellebogen liggen goed aangesloten. Gewicht: niet boven 11 kg; lichtgewicht onder 7 kg, middengewicht 7-8,5 kg, zwaargewicht 8,5-11 kg.

Benen

Voorbenen niet te wijd uit elkaar geplaatst, recht en goed gespierd. Korte middenvoeten die naar binnen, noch naar buiten draaien.

Voeten

Rond, klein, aaneengesloten, recht geplaatst, de tenen krachtig gebogen.

Staart

Laag aangezet, kort, niet te dik, recht of schroefvormig, geen franje of ruwe beharing, horizontaal gedragen.

Vacht

Kort, glanzend, fijne structuur.

Kleur

Gestroomd met witte aftekeningen. De stroming is regelmatig en zuiver. Zwart met witte aftekeningen is toegestaan, maar gestroomd heeft de voorkeur.

Bijzonderheden

Ideale aftekeningen: witte snuit, een witte bles op voorhoofd en schedel, witte kraag, witte aftekeningen op de voorbenen; wit op de achterbenen van de hakken tot de voeten.
Gang: krachtig en gemakkelijk; de voor- en achterbenen bewegen zich in een rechte lijn in een volmaakt ritme.
Fouten: bolle of hellende schedel, een schedelgroef, hellend voorhoofd, te geringe stop; kleine, te diep liggende, bolle of lichte ogen, of ogen die te veel wit tonen; spitse snuit, het laten zien van de tanden bij gesloten mond, een te korte en dikke hals, keelhuid, lichte romp, vlakke ribben, ronde rug, te lage staart; kleur geheel wit of het ontbreken van witte aftekeningen; te veel wit op de romp; het gestroomd en wit op het hoofd in onjuiste verhouding; te lange of ruwe vacht.
Fouten die van bekroning uitsluiten: zwart, zwart met tan-aftekeningen, leverkleurig, muisgrijs; dubbele neus; een ingekorte staart.