Hondenrassen |
|
AMERIKAANSE COCKER SPANIEL
Rasgroep: Retrievers en waterhonden Aard : vrolijk, levendig, zacht Gemiddelde levensduur : 12 jaar Schouderhoogte : ongeveer 38 cm voor een reu Gewicht : 10-12 kg Vacht : zwart of elke andere effen kleur Aanleg : gezelschaps- en tentoonstellingshond Omgang met kinderen : voortreffelijk Omgang met andere honden : erg goed Leefruimte : kan op een flat; moet wel ruim beweging krijgen Vachtverzorging : zeer regelmatig borstelen; elke 6-8 weken naar de trimsalon Standaard Algemeen De Amerikaanse Cocker Spaniel is het kleinste lid van de jachthondengroep. Hij heeft een stevig en compact lichaam en een zuiver besneden elegant hoofd, terwijl de hond in zijn geheel volledig in balans en van de ideale maat moet zijn. Hij moet op rechte voorbenen staan en een goede schouderhoogte hebben, waarbij de stevige, rechte ruglijn enigszins afloopt naar de sterke gespierde achterhand. Hij is in staat om een aanzienlijke snelheid te ontwikkelen en beschikt over een goed uithoudingsvermogen. Hij moet beslist vrolijk zijn, een zuiver en evenredig totaalbeeld vertonen, in actie een levendige neiging tot werken hebben en ook gelijkmatig van karakter zijn zonder enige zweem van angst. Hoofd Hij heeft een goed gevormd hoofd dat in evenredigheid moet zijn met de rest van de hond en dat moet voldoen aan het volgende: de schedel is gewelfd, maar niet overdreven en neigt niet naar vlakheid. De wenkbrauwen komen goed uit en er is een diepe stop. Het bot onder de ogen dient fijn besneden te zijn en mag niet uitpuilen. De voorsnuit is breed en diep, met vier- kante, gelijke kaken. De bovenlip is vol en heeft voldoende diepte om de onderkaak te bedekken. Voor een juiste verhouding dient de afstànd van de stop tot de neuspunt de helft te zijn van de afstand van de stop tot de schedelbasis, gemeten over de kruin. Neus van voldoende grootte om een evenredig geheel te vormen met de voorsnuit en het aangezicht, met goed ontwikkelde neusgaten, welke typerend zijn voor een jachthond. Zwarte en blackand-tan honden moeten een zwarte neus hebben. Bij de andersgekleurden mag de kleur bruin, leverkleurig of zwart zijn, hoe donkerder hoe beter. Neuskleur en kleur van de oogranden dienen met elkaar in overeenstemming te zijn. Gebit Sterke, gave tanden, niet te klein. Gebit is scharend. Oren Lobvormig, lang, fijn en dun. Goed bevederd en niet hoger aangezet dan in lijn met het onderste ooglid. Ogen Oogbollen rond en vol, enigszins amandelvormig lijkend. Oogranden moeten goed aansluiten. Kleur van de iris: donkerbruin. Uitdrukking is intelligent, opmerkzaam, zacht en innemend. Lichaam Ideale schouderhoogte 38,1 cm voor een volwassen reu en 35,58 cm voor een volwassen
teef. De hoogte mag 1,27 cm onder of boven de ideale maat zijn. Een reu die
hoger is dan 39,37 cm of een teef die hoger is dan 36,83 cm zal worden gediskwalificeerd.
Een volwassen reu waarvan de hoogte minder is dan 36,83 cm of een volwassen
teef met een hoogte van minder dan 34,29 cm dienen te worden bestraft. Lichaam
kort en compact, zit stevig in elkaar en maakt een krachtige indruk. De rug
is sterk, loopt licht en gelijkmatig af van de schouders tot de aanzet van de
staart. De heupen zijn breed en de achterhand is goed gerond en gespierd. De
ribben moeten diep zijn en goed gewelfd. De borst is diep met het laagste punt
niet dieper dan de ellebogen. Benen Voorbenen: evenwijdig aan elkaar recht, met sterke botten en spieren. Polsen: kort en sterk. Achterbenen hebben sterke botten en spieren, een goede kniehoeking.Hakken zijn sterk en laag geplaatst. Achterbenen van achteren gezien evenwijdig aan elkaar, zowel in beweging als staand. Voeten Compact, groot, rond en stevig met hoornachtige voetzolen, niet naar binnen of naar buiten draaiend. Hubertusklauwen aan achter- of voorbenen mogen worden verwijderd. Staart De gecoupeerde staart is aangezet en wordt gedragen in het verlengde van de ruglijn of iets hoger; nooit rechtop zoals bij een terrier en nooit zo laag dat de indruk van angst wordt gewekt. Vacht Op het hoofd kort en fijn; op het lichaam van middelmatige lengte met voldoende ondervacht om bescherming te geven. Oren, borst, buik en benen zijn goed bevederd, maar nietzo overdadig dat daardoor de werkelijke belijning en het gangwerk worden verdoezeld. Haarstructuur is zeer belangrijk. De vacht moet zijdeachtig, glad of licht golvend zijn en de structuur moet zo zijn, dat een gemakkelijk onderhoud mogelijk is. Eenoverdadige, krullige of pluizige vacht moet worden bestraft. Kleur Zwart; geheel zwart of zwart met bruine aftekening (black-and-tan). Zwart is
gitzwart. Een weinig wit op de borst en/of de keel is toegestaan; elders op
het lichaam leidt het tot diskwalifikatie. Anders eenkleurig, egaal, eventueel
een lichtere kleur van de bevedering toegestaan (wit als bij 'zwart') Bijzonderheden Gangwerk: hoewel de Amerikaanse Cocker Spaniel de kleinste van de jachthondengroep
is, heeft hij toch een typisch jachthondengangwerk. Een eerste vereiste voor
een goed gangwerk is de balans tussen voor- en achterhand. Hij moet stuwkracht
leveren met zijn sterke, krachtige achterhand; de schouders en voorbenen moeten
zodanig gevormd zijn, dat hij voorwaarts kan uitgrijpen en zonder belemmering
een evenwicht kan vinden met de stuwkracht van de achterhand. Bovenal dient
het gangwerk gecoördineerd, vloeiend en moeiteloos te zijn. De hond moet bij
het gaan veel grond beslaan; overdadige beweeglijkheid mag nooit worden verward
met een juist gangwerk. |
Copyright MyCorp © 2024 Contact Us |